Defintie:
In de terminologie van de juristen verwijst “Istikhlaaf” (deputatie) naar wanneer de leider van het gebed (Imam) of een lid van de gemeenschap (Ma’moom) een rechtvaardige man aanwijst om namens hen het gebed te leiden en het gebed te voltooien in plaats van de oorspronkelijke Imam. Dit gebeurt om bepaalde redenen, zoals wanneer de Imam al een bepaald aantal eenheden (Rak’ahs) in gemeenschap heeft gebeden en dan iets hem belet om het gebed voort te zetten, zoals een plotselinge ziekte of een andere hindernis. In zulke gevallen kan de Imam een man kiezen uit degenen die achter hem bidden of uit de aanwezigen en hem aanwijzen als Imam om het overgebleven gebed met de gemeenschap te voltooien.
Als de Imam dit niet doet, kunnen de congreganten een van hen kiezen en hem delegeren om het gebed in plaats van de Imam te leiden, zonder te spreken of hun gebedsrichting te veranderen.
De reden voor dit alles is om ervoor te zorgen dat het gebed na aanvang wordt voltooid, aangezien het gebed een grote heiligheid heeft in de islamitische wet (Sharia) die onder geen enkele omstandigheid lichtvaardig mag worden opgevat.
Redenen voor istikhlaaf:
- Volgens de Hanafi-school: De reden voor deputatie is wanneer de Imam tijdens het gebed iets ervaart, zoals het laten van wind, vloeiend bloed of vergelijkbare onreinheden, die de Imam zou belemmeren om zijn gebed voort te zetten. Als de onreinheid echter voorkomt tijdens het gebed (van buitenaf, zoals een najasah die kleding onrein maakt) of als hij het gebied van de verplichte bedekking (Awrah) gedurende een hele pilaar van het gebed blootlegt, wordt zijn gebed ongeldig, samen met het gebed van de gemeenschap. Deputatie is niet geldig als de Imam hardop lacht, gek wordt, flauwvalt of een van de voorwaarden ervaart die de deputatie ongeldig maken.
- Volgens de Maliki-school: Er zijn drie redenen voor deputatie:
- Angst voor rijkdom: Als de Imam vreest voor zijn eigen rijkdom of die van iemand anders tijdens het gebed, moet hij het gebed onderbreken om die rijkdom te beschermen.
- Angst voor het leven: Als de Imam vreest voor zijn leven tijdens het gebed, moet hij het gebed onderbreken.
- Angst voor het schaden van iemand: Als de Imam vreest dat hij iemand zal schaden, zoals een blinde die tegen iets botst of in een gat valt, moet hij het gebed onderbreken om schade te voorkomen.
Concluderend kan deputatie in bepaalde situaties worden uitgevoerd om ervoor te zorgen dat het gebed wordt voortgezet wanneer er een obstakel ontstaat. Het belangrijkste doel is de integriteit van het gebed te behouden, dat een cruciale handeling is in de islamitische wet die moet worden nageleefd.