De Adhān (الأذان) is de islamitische oproep tot het gebed, die vijf keer per dag klinkt in moslimgemeenschappen wereldwijd. Ook in Nederland, te midden van drukke levens, werkstress en persoonlijke uitdagingen, vormt de Adhān een herinnering: sta even stil, keer terug naar de kern.
De oorsprong van de Adhān ligt in een droom van ʿAbdullāh ibn Zayd, bevestigd door de Profeet Mohammed ﷺ. Hij droeg Bilāl op om de woorden van de Adhān te reciteren vanwege zijn mooie stem. Deze praktijk is sindsdien vast onderdeel van het islamitisch ritueel.
(Abū Dāwūd, nr. 498; Tirmidhī, nr. 189)
Ook in de Koran wordt de oproep genoemd:
“O jullie die geloven! Wanneer op de vrijdag tot het gebed wordt opgeroepen, haast jullie dan naar de gedachtenis van Allah.” (Soerat al-Jumuʿah, 62:9)
De betekenis van elke zin
Allah is de grootste.
Een opening die alles overstijgt. Voor de Nederlandse moslim is het een innerlijke wake-up call: Allah is groter dan deadlines, zorgen of verplichtingen.
Ik getuig dat er geen God is behalve Allah.
Deze zin herinnert aan de essentie van geloof: absolute toewijding aan de Ene. In een samenleving vol afleiding helpt deze getuigenis de gelovige te focussen.
Ik getuig dat Mohammed de Boodschapper van Allah is.
De oproep is verbonden aan het voorbeeld van de Profeet ﷺ. Hij leerde ons hoe te bidden, te leven en betekenis te geven aan elke daad.
Kom naar het gebed.
Een uitnodiging: laat alles even los. Kom, en vind rust in verbinding met je Schepper.
Kom naar het succes.
In een wereld die succes vaak meet in cijfers, herinnert deze zin aan het ware succes: innerlijke vrede en spirituele voldoening.
Allah is de grootste.
Een herhaling die benadrukt: niets is belangrijker dan dit moment van aanbidding.
Er is geen God behalve Allah.
De Adhān sluit af met het fundament van de islam – een ankerpunt voor het hart in de hectiek van het dagelijks leven.
Meer dan een oproep
De Adhān is niet slechts een signaal om te bidden. Het is een ritmische herinnering dat Allah altijd nabij is. In Nederland, waar veel mensen op zoek zijn naar balans en zingeving, roept de Adhān de moslim vijf keer per dag op om terug te keren naar rust, structuur en spiritualiteit. Het gebed begint met deze oproep – en het leven hervindt er zijn richting.
De Profeet ﷺ zei:
“De mu’adhdhin (oproeper) krijgt de beloning van iedereen die met hem meebidt.”
(Muslim, nr. 387)