Al-Hukm Shar’i is de Goddelijke oordeel waar de mensen, ook wel mukallafun genoemd zich aan moeten houden. De mens wordt God opgedragen om iets te doen of te laten, afhankelijk van wat God heeft voorgeschreven. Bijvoorbeeld, volgens de sharia is het voor mukallafen verplicht om te bidden en te vasten tijdens de vastenmaand Ramadan. Het is ook verplicht om een deel van hun inkomen aan de armen te geven, dit wordt zakat genoemd. Aan de andere kant, het is verboden voor mukallafen om alcohol te drinken of te stelen. Deze regels zijn bedoeld om mensen te helpen een goed leven te leiden en zich te houden aan de richtlijnen van God.
Al-Hukm Shar’i wordt in twee categorieën onderverdeelt:
- Hukm Taklifi
- Hukm Wad’i
De boodschap van de Wetgever die eist dat iemand iets moet doen of niet moet doen of die een optie geeft om iets te doen of niet te doen, wordt hukm taklifi genoemd. Dit betekent letterlijk “Goddelijke opdracht om iets te vervullen”. Hukm taklifi omvat alle opdrachten, verboden en toegestane dingen die voortvloeien uit de sharia, die dienen als richtlijnen voor het leven van de mens.
Hukm wad’i omvat de oorzaken en voorwaarden die van toepassing zijn op hukm taklifi. Bijvoorbeeld, volgens de sharia is het verplicht voor mukallafen om te bidden en te vasten tijdens de vastenmaand Ramadan. Maar om aan deze verplichting te voldoen, moeten mukallafen voldoen aan bepaalde voorwaarden, zoals het hebben van een gezonde fysieke en mentale toestand. Dit is een voorbeeld van hukm wad’i.
Categorieën van Hukm Taklifi
Hukm taklifi, de Goddelijke opdracht om iets te vervullen, is door de meerderheid van de juristen (jumhur) verdeeld in vijf categorieën[1]:
- Ijaab (verplicht stellen van een handeling): Dit betekent dat het verrichten van een handeling verplicht is volgens de sharia. Bijvoorbeeld, het bidden vijf keer per dag is verplicht voor mukallafen. Met als gevolg daarvan dat door het niet verrichten ervan een bestraffing erop staat en het volbrengen van de handeling zorgt voor een beloning. Verplicht (wajib), vereiste (fard) en noodzakelijk (lazim) hebben allemaal dezelfde betekenis in de Maliki wetschool.
- Nadb (aanbeveling): Dit betekent dat het verrichten van een handeling aanbevolen is volgens de sharia, maar het is niet verplicht. Bijvoorbeeld, het doen van extra gebeden naast de verplichte gebeden is aanbevolen, maar het is niet verplicht. Het oordeel is dat een beloning rust op de uitvoering ervan en onbestraft blijft bij het nalaten ervan. Zo wordt ook degene die het nalaat niet bekritiseerd noch berispt omdat degene die het uitvoert slechts meer ontvangt in de beloning. Mustahab wordt ook wel vrijwillig (nafila) genoemd.
- Tahrim (verboden verklaren van een handeling): Dit betekent dat het verrichten van een handeling absoluut verboden is volgens de sharia. Haram omvat alles waar we ons van dienen te onthouden op basis van noodzaak en verplichting, waarbij degene die het uitvoert bestraft wordt en degene die het nalaat beloond wordt. Bijvoorbeeld, het drinken van alcohol is absoluut verboden volgens de sharia. Verboden, ongeoorloofd (mahzur), ongehoorzaamheid (ma‘siya) en zonde (ithm) hebben allemaal dezelfde betekenis.
- Karahah (afkeuring): Dit betekent dat het verrichten van een handeling afgeraden is volgens de sharia, maar het is niet verboden. Bijvoorbeeld, liggend eten is afgeraden volgens de sharia, maar het is niet verboden. Makruh omvat alle handelingen en zaken die de Wetgever ons verzocht heeft na te laten, omdat het de voorkeur geniet, niet op basis van noodzaak en plicht, waardoor bij het verrichten ervan het niet resulteert in een bestraffing en het nalaten ervan resulteert in een beloning.
- Ibaahah (toelaatbaarheid): Dit betekent dat het verrichten of nalaten van een handeling toegestaan is volgens de sharia. Bijvoorbeeld, het kiezen van een bepaalde kleur kleding is toegestaan volgens de sharia, zolang het niet in strijd is met andere sharia-voorschriften. Er volgt geen straf noch beloning voor het nalaten dan wel uitvoeren van een Mubah zaak. Mubah, toegestaan, wettig (ja’iz) en geoorloofd hebben allen dezelfde betekenis. Dit omvat de overgrote meerderheid van de zaken. Er Is een gouden regel die als een basis wordt gezien binnen de wetgeving en die luidt als volgt: “De oorsprong van zaken (dus alle zaken) is dat ze toegestaan zijn”
Hanafi juristen hebben hukm taklifi, de Goddelijke opdracht om iets te vervullen, in zeven categorieën onderverdeeld. Zij hebben onderscheid gemaakt tussen fard en wajib en tussen haram en makruh tahrimi.
Fard is de absolute eis om een handeling te verrichten op basis van een doorslaggevend bewijs (dalil qat’i). Wajib is de absolute eis om een handeling te verrichten op basis van een waarschijnlijk bewijs (dalil zanni). Haram is de absolute eis om van een handeling af te zien op basis van een doorslaggevend bewijs. Makruh tahrimi is de absolute eis om zich te onthouden van een handeling op basis van een waarschijnlijk bewijs.[2]
De handelingen waarop deze boodschappen betrekking hebben, worden respectievelijk Waajb (verplicht), mandub (aanbevolen), haram (verboden), makruh (afgeraden) en mubah (toegestaan) genoemd. Het is belangrijk om te onthouden dat deze categorieën niet alleen betrekking hebben op religieuze praktijken, maar op alle aspecten van het leven van een mukallaf, inclusief sociale, economische en politieke zaken.
[1]Zaydan, Abdul Karim, Al Wajiz fi usial al-Fiqh, Beruit, Muassassah al
Risalah, 1987, P.29.
[2] Zaydan, Abdul Karim, Al Wajiz fi usial al-Fiqh, Beruit, Muassassah al
Risalah, 1987, P.29